Updates

Column Henk Nugteren No 202

AFZETZONE

Hij had gehuild, ik kon het van een afstand zien toen ik mijn zoon Cedric ergens rond de eeuwwisseling ophaalde bij de baan.
Ging het niet helemaal goed?’ probeerde ik voorzichting.
‘Nee, ik had weer niks bij verspringen, drie keer fout gesprongen’.
Het was wel vaker gebeurd dat hij zijn meerkamp verprutste door foute sprongen, terwijl hij verspringen best leuk vond en hij ook goed kon springen. Maar je mocht natuurlijk niet je voet over de balk zetten. En dat bleek voor hem in zijn enthousiasme vaak een te moeilijke opgave, wat er voor zorgde dat hij zich nooit is gaan specialiseren in verspringen. Ik probeerde hem uit te leggen dat die balk wel iets natuurlijks heeft. Stel dat je over een sloot wilt springen, dan is er ergens een uiterste waar je je voet nog kunt plaatsen zonder meteen in de sloot te belanden. En dan is het ook zaak om zo dicht mogelijk dat punt te benaderen want dan is de kans het grootst dat je de andere oever haalt.

De afzetbalk bij het verspringen, een wit plankje, is altijd heilig geweest. Maar nu stelt World Athletics die balk ter discussie en wil die vervangen voor een afzetzone, met het voornaamste doel het aantal foutsprongen terug te dringen. Tijdens internationale wedstrijden is er met een afzetzone van 40 cm geëxperimenteerd. De balk bleef, over de balk was nog steeds een foutsprong, maar die verloren centimeters, die hatelijk op tv worden vertoond om te laten zien hoever er met betere timing wel had kunnen worden gesprongen, werden in het experiment bij de afstand opgeteld.
Bij zo’n revolutionaire wijziging van de regels zijn er altijd voor- en tegenstanders. Een afzetzone zou meer spektakel opleveren, meer ruimte voor creativiteit geven, zelfs nieuwe stijlen van springen kunnen introduceren. De afzetbalk daarentegen vereist controle, timing, techniek en durf, vaardigheden die behoren bij het verspringen. Haal je die weg met een gemakzuchtige afzetzone, dan verdwijnt de ziel uit de sprong, alsof je een handgeschreven liefdesbrief hebt gedigitaliseerd.
Vraag het aan tweevoudig wereldkampioene Malaika Mihambo, de legendarische Carl Lewis en wereldrecordhouder Mike Powell, allemaal beamen ze dat de balk een essentieel onderdeel van de discipline is. Ook Nederlands kampioene Pauline Hondema is uiterst kritisch, zoals ze tijdens de NK Indoor in Apeldoorn vertelde. Volgens haar is het goed raken van de afzetbalk een onmisbare vaardigheid, een test van precisie die de ziel van het verspringen weerspiegelt. Ze vreest dat een afzetzone de interactie met het publiek vermindert. Ik denk dat ze daar gelijk in heeft want een goed geoefende toeschouwer op een gunstige plaats in het stadion kan redelijk inschatten hoever een sprong is (op tv nog beter met al die geprojecteerde lijntjes in de zandbak) en ook de spanning voelen van wel of niet geldig. Met de zone zal dat verdwijnen want het is heel wat moeilijker te schatten hoeveel centimeters en nog eventueel bij zullen worden geteld.
In onze hedendaagse drang naar minder fouten en maximale efficiëntie, in een wereld die steeds sneller meet, minder voelt en vaak vergeet dat het avontuur en de imperfectie de mooiste verhalen schrijven, dreigt de magie van het vluchtige moment van precisie en concentratie verloren te gaan.
Het debat over de afzetzone versus de afzetbalk is dus niet alleen van technische aard, maar een discussie over wat we waarderen: de warme en zuivere kracht van een menselijke inspanning of een strak gecontroleerde en gemeten, maar koude prestatie.

Maar, zou een afzetzone vijfentwintig jaar eerder zijn ingevoerd, dan had ik misschien een zoon gehad met een verspringcarrière. Nu is het te laat, want dan zou hij als Master opnieuw moeten beginnen.

Naar boven